In 1956 levert Jacobus Johannes Pieter Oud bij het stadsbestuur zijn ontwerp in van het Congresgebouw. Omdat de schoorstenen, nodig bij de verwarming van het Congresgebouw, volgens hem het complex zouden ontsieren, verpakt hij ze in een driehoekige toren van 16x16x16 meter en 18 verdiepingen hoog. In 1963 overlijdt J.J.P. Oud en zijn zoon Hans maakt het werk af. In 1967 is de bijna 65 meter hoge toren, de eerste wolkenkrabber van Den Haag, gereed en twee jaar later wordt hij in gebruik genomen als hotelaccommodatie voor congresgangers.
Het commerciële gebruik van de toren verloopt door tal van technische gebreken allesbehalve naar wens. De komst van Novotel (boven de congreszaal) en van het Worldhotel Bel Air Hotel Den Haag doen de hotelfunctie evenmin goed. De renovatie door Rijksbouwmeester Wytze Patijn in 1995 biedt geen soelaas. In 2010 staat de toren leeg. De Haagse projectontwikkelaar Do Tetteroo zorgt er uiteindelijk voor dat het gebouw niet gesloopt wordt.
De auteur van ‘De Transformatie van de toren van Oud’, Wim Trieller, schreef eerder al over de firma Tetteroo in ‘Van de Sluiskant naar de Vijverberg, een portret’ over pa Nico Tetteroo. Trieller lijkt in het boek over de toren van Oud ‘part of the Tetteroo family’ en dat komt dit boek niet ten goede.
In 2013 krijgt Do Tetteroo de kans zich te bemoeien met de toren. Samen met constructeur Broersma, architect Bullhorst en aannemer Duivenvoorde komt er een eerste plan op tafel. Bullhorst, in die dagen voorzitter van de welstandscommissie, verandert het volume door uitbouwen van grote glazen erkers aan elke zijde. In 12 pagina’s beschrijft Trieller het curieuze en spannende beslissingsproces dat dan volgt, met als uitkomst dat het plan van Bullhorst, inmiddels voorzitter af, door de welstandscommissie verworpen wordt.
Dat de transformatie van de toren alsnog gerealiseerd kan worden is te danken aan het ontwerp van Eric Vreedenburgh en Dennis Hofman van Archipelontwerpers en Architectencombinatie. In hun ontwerp van 2015 krijgt de toren 10% meer volume, zowel aan de gevelkanten als in de hoogte, waardoor het iconisch zicht op de toren onveranderd blijft. Door die wijziging ontstaan voor de woningen bruikbare plattegronden. De gevel krijgt een soort stalen steunkous. Dat beide architecten later met projectontwikkelaar Tetteroo heibel krijgen over de kleur van het voegwerk, had toch geen reden mogen zijn hen zo weinig eer te gunnen in het boek.
De bouw begint februari 2018 - enig geduld en doorzettingsvermogen kun je Tetteroo niet ontzeggen- en ook tijdens het bouwproces duiken tal van onverwachte problemen op, variërend van enorme hoeveelheden te verwijderen asbest, de eisen die buurman Europol stelt, de corona-pandemie, het verplaatsen van de spiltrap, bomen en beveiligingspolls die op onhandige plaatsen staan en dan nog de consternatie over het hier al genoemde voegwerk. Op 29 juli is de toren van Oud 2.0 is een feit.
In de afsluitende hoofdstukken hadden Do Tetteroo en Wim Trieller alle kans om hun waardering uit te spreken voor de twee architecten die zo essentieel waren voor de transformatie van de toren, Eric Vreedenburgh en Dennis Hofman. Of ze op zijn minst te noemen, maar dat doen ze helaas niet. Dat is jammer en doet afbreuk aan dit boek, dat verder soms leest als een spannende jongensavonturenroman.
De transformatie van de toren van Oud – De voltooiing van een groots waagstuk, Wim Trieller, eigen uitgave, 152 blz. € 15,00. ISBN 978-90-90341-98-9
Piet Vernimmen