De kwaliteit van de Haagse architectuur

Aan de Grote Marktstraat, tussen het gebouw van Peek & Cloppenburg en het witte, moderne gebouw met die wolkenvormige ramen, staat een tamelijk onopvallend winkel-kantoorgebouw. De oranje en groene kleuren passen mooi met de kleuren van het Bijenkorfgebouw ertegenover. Qua hoogte sluit het aan bij de percelen ernaast en het melkwitte torentje bovenaan doet denken aan het matte wit boven op het gebouw De Volharding een eindje verder. Het pand is ontworpen door Rainer Bullhorst. Over Rainer Bullhorst en zijn betekenis voor het huidige Haagse stadsbeeld schreef de Haagse architectuurhistoricus Marcel Teunissen een intrigerend boek: ‘Op de bres voor architectonische kwaliteit’.

Bullhorst (1946-2021) wordt als zoon van een meubelmaker geboren in de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen, studeert bouwkunde aan de TH van Delft, komt terecht bij verschillende Nederlandse architectenbureaus en is vanaf 1980 eigenaar van ‘Bullhorst architecten en stedenbouwers’. Hij is bijna 20 jaar werkzaam als docent aan de KABK, jarenlang lid van welstandscommissies en actief in verschillende werkgroepen van Vrienden Van Den Haag. Zijn Haags architectonisch werk valt op drie handen te tellen, maar Teunissen toont overtuigend aan dat Bullhorst van enorm belang is geweest voor de Haagse stedelijke vernieuwing.

“Grote delen van de Haagse binnenstad hadden halverwege de jaren zeventig een beetje weg van oorlogsgebieden”, om Teunissen te citeren. Er is veel gesloopt, pleinen zijn parkeerplaatsen, rigoureuze plannen gaan wegens geldgebrek niet door, verpaupering slaat toe, het inwonertal daalt en wat er komt aan nieuwbouw is of brutalistisch of licht-kneuterig. Pas met de komst van Adri Duivesteijn midden jaren ’80 komt de gewenste kentering en maken architectuur en stedenbouw een kwaliteitsslag. Bullhorst steunt Duivesteijns ‘stadsvernieuwing als culturele activiteit’, hij draagt bij aan de verbetering van veel bouwplannen, schrijft een niet aflatende stroom redactionele bijdragen waarin hij zijn visie uiteenzet en zet zich op allerlei manieren in om de kwaliteit van de Haagse stedenbouw en architectuur te verbeteren.

Bullhorst wordt in de jaren ’80 een autoriteit waarmee je rekening houdt. Geestig is zijn ironische paginalange beschrijving van het gebied rond de Koninklijke Bibliotheek met daarin “(…) hoe duidelijk de stedenbouwkundige en architectonische miskleun in het stationsgebied is, blijkt uit de talloze aanplakbiljetten die mededelen dat dit de ingang niet is”. De Rijksgebouwendienst is not amused.

‘Op de bres voor architectonische kwaliteit’ is een eerbetoon aan Rainer Bullhorst, maar ook daarom zo interessant, omdat het de stedelijke ontwikkeling schetst die Den Haag de afgelopen 50 jaar doormaakte, van provinciestad met een uitgehold centrum tot metropool met eigentijdse gebouwen van hoge kwaliteit. En welke rol bestuurders, architecten, bewoners en achtereenvolgende welstandscommissies daarin speelden. Een boek om te hebben en te lezen!

 

Op de bres voor architectonische kwaliteit. Architect Rainer Bullhorst en het veranderende stadsbeeld van Den Haag. Marcel Teunissen. NAI010 uitgevers. 128 pag €34,95. ISBN 9 789462 088726

De kwaliteit van de Haagse architectuur

De kwaliteit van de Haagse architectuur

De kwaliteit van de Haagse architectuur

De kwaliteit van de Haagse architectuur

De kwaliteit van de Haagse architectuur