Aan de bak in Haagse bossen

Een artikel van de gemeente Den Haag, afdeling Groen:

Paarden die stammen verslepen en bomen met gekleurde tekens… Bezoek je binnenkort een van onze Haagse bossen, dan kun je werkzaamheden tegenkomen. Dat hoort bij de kleine opknapbeurt die onze bossen krijgen. Door goed beheer blijven onze bossen gezond en gevarieerd voor mens, dier en toekomst.

Den Haag heeft afwisselende bossen met verschillende boomsoorten en variatie in open en dichte plekken. “Dat willen we graag zo houden voor mens en dier en dat gaat niet vanzelf. Daar moeten we aan werken, zoals dat in veel bossen van Nederland gebeurt”, vertelt Albert-Jan van gemeente Den Haag. Hij mag graag een ronde lopen door onze stadsnatuur.

Bepaalde boomsoorten, zoals de esdoorn of de beuk, groeien heel snel en verdringen andere boomsoorten; ze maken de bodem van het bos heel donker, waardoor er nauwelijks iets kan groeien. “Zonder variatie van boomsoorten groeit het bos vol met de ‘sterkste’ boomsoorten, zoals esdoorns en beuken, en wordt het bos veel te eenzijdig”, zegt Albert-Jan. 

Variatie in boomsoorten en dicht- en openheid is goed voor het bos. Het maakt het niet alleen aantrekkelijker voor bezoekers, maar het trekt ook verschillende soorten insecten en vogels aan. In open ruimten groeit lage begroeiing, zoals kruiden en struiken. Hier vinden bijvoorbeeld vogels hun besjes om te eten en vinden ze hun schuilplek. Als er te veel schaduw is van bijvoorbeeld beuken, verdwijnen die struiken. We willen daarom zoveel mogelijk variatie.”

Toekomstbomen
Om het bos dus gezond en gevarieerd te houden, moet de natuur een handje worden geholpen. “Dat doen we door te ‘dunnen’. We halen bomen weg zodat andere bomen meer ruimte krijgen om groter te groeien en ouder te worden. De bomen die blijven staan, noemen wij ook wel ‘toekomstbomen’ omdat we niet alleen ruimte maken voor andere bomen om te groeien, maar ook omdat er zo meer licht op de bosgrond terecht komt. Hierdoor krijgen bepaalde struiken of bloemen, zoals boshyacinten, ook weer meer kans om te groeien”, zegt Albert-Jan. 

Als de gemeente een dunning uitvoert in het bos, worden de bomen gemarkeerd. Zo weet de uitvoerder wat er met de boom moet gebeuren. Zo blijft een boom met blauwe stip (op de stamvoet) staan en krijgt meer ruimte (toekomstboom). Bij een gele stip wordt de boom omgezaagd en wordt het hout afgevoerd. Een geel kruis betekent dat de boom wordt omgezaagd en de boomstam blijft liggen. Een ​​​​​gele ring wil zeggen dat de boom wordt ‘geringd’. Er wordt een rand van de schors weg gehaald. Hierdoor sterft de boom langzaam af.

Planten van nieuwe struiken en bomen
Een deel van de bomen die zijn gedund, blijven in het bos liggen. Boomstammen op de grond zijn namelijk goed voor de natuur. Op dood hout groeien mossen en paddenstoelen. Ook eten vogels de insecten die op en in het hout leven. Een dode boom is een ideale schuil- en broedplaats voor bijvoorbeeld bos- en woelmuizen. “Nadat we hebben gedund, planten we soms ook weer nieuwe bomen en struiken. Zo blijft het bos mooi en gezond”, zegt Albert-Jan.

Waar gaan we aan de slag?
Op www.denhaag.nl/bosbeheer vind je een overzicht van de bossen die de gemeente beheert en waar we binnenkort aan de slag gaan. Er zijn ook bossen in Den Haag die door andere organisaties worden beheerd zoals het Haagse Bos (Staatbosbeheer), landgoed Ockenburgh (Zuid-Hollands landschap) en landgoed Sorghvliet (Rijksvastgoedbedrijf). De werkzaamheden starten in de Uithof en Madestein waar vooral gevaarlijke en dode essen (vanwege de essentakziekte) worden weggehaald. Eind februari/begin maart worden in de Uithof en Bosjes van Zanen (bij Clingendael) ook nog bomen en struiken geplant. 

Aan de bak in Haagse bossen